Ventileren

Isoleren is ventileren

Doordat we onze huizen steeds beter isoleren, zijn woningen ook meer luchtdicht geworden. Hierdoor moeten bewoners actief zorgen voor ventilatie, bijvoorbeeld door het gebruik van ventilatieroosters. Het isoleren van een woning betekent dus ook aandacht besteden aan goede ventilatie. Ook als je je huis niet geïsoleerd hebt is het zaak goed te ventileren om ook vochtproblemen te voorkomen.

Te hoog CO2-gehalte

In veel huizen is meer fijnstof dan buiten! Kortom een te hoog CO2-gehalte is eerder regel dan uitzondering! Een slechte luchtkwaliteit binnenshuis kan leiden tot:

  • luchtwegaandoeningen
  • astma
  • allergieën 
  • geïrriteerde ogen
  • vermoeidheid en hoofdpijn
  • schimmels & huisstofmijt 

Om gezond te wonen is het belangrijk dat jij je huis goed ventileert. 

Vochtproblemen

Eén op de tien huizen heeft schimmel door vochtproblemen. Als je zweet, slaapt, kookt, strijkt of wast produceer je vocht. Als gezin produceer je flink wat liters per dag. Te veel vocht in huis komt dan ook erg vaak voor. De ideale luchtvochtigheid ligt tussen de 40 en 60%. Heb jij in huis vaak een vochtgehalte van meer dan 60% dan kan dit schadelijk zijn voor je gezondheid en/of voor de constructie van de woning. 

Waaraan merk je dat hoge vochtgehalte?

Meestal merk je dat hoge vochtgehalte wel. Je ruikt een muffe en bedompte geur. Misschien zie je zelfs vocht- en schimmelplekken. Je merkt het ook aan de was die minder snel droogt, aan een hoger energieverbruik en aan zilvervisjes en/ of pissebedden.

Ventileren, ventileren, ventileren!

Het is belangrijk om te zorgen voor ventilatie in huis. Helemaal als er sprake is van een hoge luchtvochtigheid en/ of een te hoog CO2 . Zorg voor een constante stroming van lucht door het huis bijvoorbeeld door het aanbrengen van een ventilatievoorziening (zie even verderop). Daarnaast is het slim om:

  • de was buiten op te hangen
  • tijdens het koken de afzuigkap op de hoogste stand te zetten (tot 15 minuten na het koken). Zet ook een raampje open tijdens het koken tot 15 minuten na het koken.
  • de badkamerdeur dicht te houden tijdens het douchen en het ventilatiesysteem op de hoogste stand te zetten tot 30 minuten na het douchen. Na het douchen kun je je badkamer het beste direct droog maken.
  • een mechanische ventilatie de hele dag op stand 2 te zetten. Als er veel vocht is zet je hem op stand 3.
  • als je ventilatieroosters in ramen hebt deze 24 uur per dag open te laten staan. Vergeet ze niet schoon te maken!
  • je verwarming nooit lager dan 15 graden te zetten (ook niet 's nachts of als er niemand thuis is).
  • je mechanische ventilatie nooit helemaal uit te zetten!

Ventileren of luchten?

Ventileren in huis is iets anders dan luchten. Luchten doe je kort (zo'n 15 tot 30 minuten) door 2 ramen tegen elkaar open te zetten. Als je lucht zorg je voor minder waterdamp in huis. Lucht zonder waterdamp warmt sneller op. Bij ventileren zorg je de hele dag voor verse lucht in huis.

Afhankelijk van je woning kun je kiezen uit verschillende ventilatiesystemen:

1. Mechanische ventilatie

Dit ventilatiesysteem haalt voortdurend lucht weg uit het hele huis. Een ventilatie-unit, meestal geplaatst in dezelfde ruimte als de CV-ketel, zuigt de vervuilde lucht weg uit de keuken, de badkamer en het toilet. De lucht wordt afgevoerd via afzuigventielen in het plafond of de muur naar buiten. Hierdoor wordt op een natuurlijke manier lucht van buiten aangezogen via ventilatieroosters en/of (klep)raampjes. 

2. Vraaggestuurde mechanische ventilatie

Je kunt mechanische of balansventilatie ook aanpassen aan de vraag met behulp van sensoren die CO2 en/of vocht meten. Op die manier pas je de ventilatie aan op de behoefte. Dit vraaggestuurde systeem werkt zuiniger. De CO2-sensoren in de woonkamer en slaapkamers en/of vochtsensoren in de badkamer en keuken bepalen hoeveel lucht afgevoerd moet worden.

3. Balansventilatie

Dit systeem brengt evenveel lucht naar binnen als het naar buiten afvoert. Vaak hebben balansventilatiesystemen ook een warmteterugwinning, waarbij de koude buitenlucht wordt opgewarmd met de warmte van de afgevoerde lucht. Hierdoor is balansventilatie extra energiezuinig in vergelijking met andere systemen.

Maak gebruik van de ventilatiesubsidie

Kan elk ventilatiesysteem worden aangelegd in mijn huis?

Woon je in een al bestaand huis? Dan kun je overwegen om mechanische ventilatie te laten installeren en aan te sluiten op de bestaande afvoerkanalen. Centrale balansventilatie is lastiger te installeren. Als er al genoeg ruimte in huis is, vereist dit een ingrijpende verbouwing in alle kamers. Vraaggestuurde ventilatie kan zowel bij nieuwbouw als bij renovatie worden toegepast.

Waar moet ik op letten?

Voor alle ventilatiesystemen is het belangrijk om ze goed te gebruiken en te onderhouden om de lucht in huis gezond te houden. Als de filters, ventilatoren of de kanalen aan de toevoerzijde niet schoon zijn, kan er vervuilde lucht je woning binnenkomen. Daarom is het belangrijk dat de onderdelen regelmatig gereinigd of zelfs vervangen worden.

Vraag daarom om een gebruikershandleiding en een duidelijke uitleg van de installateur. Voor het grote onderhoud kun je een onderhoudscontract afsluiten. Let op: zet het systeem nooit uit, behalve in geval van een nood of bij onderhoud. De lucht moet ook vrij door het huis kunnen stromen. Daarom moet er onder elke binnendeur minstens 1,5 cm ruimte zijn tussen de deur en de drempel (of de vloer).

Installeer ik het zelf?

Voor goede ventilatie en echt schone lucht is het een voorwaarde dat het ventilatiesysteem goed wordt geïnstalleerd. Laat dit over aan een specialist. Het is verstandig om meerdere offertes aan te vragen. Twijfel je over iets in de offerte? Wij kijken graag met je mee! Neem contact met ons op!

Let bij het aanvragen van een offerte op de volgende aandachtspunten:

  • Kies voor een ventilatiesysteem met energiezuinige motoren. Vraag advies aan een expert.
  • Zorg ervoor dat de luchtkanalen correct worden berekend.
  • Probeer het systeem vraaggestuurd te maken. Een CO2-meter of vochtmeter bepaalt dan hoeveel verse lucht nodig is en laat het systeem harder of zachter werken.
  • Bij natuurlijke of mechanische ventilatie is het aan te raden om winddrukgeregelde roosters te kiezen. Deze laten minder lucht door wanneer er wind er op staat.